Vallend ijs en de Keel van de
Duivel
Argentinië
12 december 2000 - 1 januari 2001
Argentinië is een enorm groot
land, maar op de keper beschouwd is er maar weinig te beleven. Het grootste
deel bestaat uit pampa´s en dat is even leuk, maar je wilt daar geen
drie dagen met de bus doorheen reizen.
Patagonië is een gebied dat
een deel van Chili en een deel van Argentinië beslaat. Het mooiste
in het Argentijnse deel is zonder meer de Moreno Glacier (gletsjer) bij
El Calafate.
Het bijzondere aan deze gletsjer
is dat ie vanuit de bergen een meer in schuift en daar bijna een van de
rivieroevers raakt.
Het is een geweldig gezicht om de
enorme stukken ijs van een paar ton in het meer te zien storten. De gletsjer
kraakt en scheurt en dan, heel langzaam, schuift er weer een enorm blok
het water in. Een spectaculair gezicht, de golven ebben honderden meters
na. Het is ook niet toegestaan om het hek over te gaan. Op een bord staat
nogal dreigend dat in 20 jaar tijd 32 mensen zijn gedood door rondvliegende
ijsbrokken! We gaan er ook met een boot langs (er gebeurt natuurlijk niets
als je er vlakbij bent ;-()
Soms (1 x in de zoveel jaar) raakt
de gletsjer de oever ook daadwerkelijk zodat hij de afvoer van een enorm
bergmeer afsluit. Daar gaat het water in het meer stijgen totdat de druk
van het water zo enorm hoog wordt dat het ijs min of meer explodeert en
het water met een enorm geweld de rivier in stroomt.
Dit spectaculaire fenomeen is uniek
in de wereld, maar helaas heeft het sinds 1988 niet meer plaatsgevonden.
Sommigen wijten dat aan het gat
in de ozonlaag, waardoor het ijs niet meer zo hard aan groeit en dus eerder
afbrokkelt. Het zou kunnen.
Het gat in de ozonlaag wordt in
elk geval nergens zo hard gevoeld als hier en het heeft zeker effect op
de natuur.
Reizen door Zuid Amerika maakt mij
in elk geval heel bewust van de fragiele situatie waarin de natuur zich
bevindt (de jungles in Peru en Ecuador, het smelten van de poolkappen).
Maar het lijkt wel of milieu 'uit' is, je komt het eigenlijk weinig meer
tegen in de media. Terwijl het probleem niet kleiner wordt, maar elke dag
groter!
Je vraagt je dan ook af wat je als
individu kunt betekenen om een bijdrage te leveren. Niet alleen in je eigen
gedrag (gescheiden afval, verwarming een graadje lager, de typische postbus-51-het-milieu-begint-bij-jezelf
dingen) maar ook hoe je (een deel van) de wereld wat bewuster kunt maken.
In Nederland merk je niet zo gek
veel van het feit dat de natuur het loodje gaat leggen, want daar is bijna
geen natuur meer.
Ik las een artikel waarin de schrijver
het had over het post-natuur tijdperk. Met andere woorden: we moeten niet
langer proberen om de natuur terug te krijgen, maar de natuur te conserveren
en verzorgen. Zodat de hele wereld één Veluwe, één
Burgers Bush wordt, zoiets.
Enerzijds schrikt dat me af (we
mógen de natuur niet opgeven), maar aan de andere kant is het wellicht
de enige oplossing.
Over het algemeen gaan overheden
gewetensvol om met hun nationale natuurparken. Als er niets gebeurt, weten
we zeker dat de natuur het aflegt tegen de economie.
Argentinië is enorm duur. De
Argentijnen gaan - volgens ons reisboek - dan ook graag op vakantie naar
goedkopere landen ´zoals de Verenigde Staten´.
In El Calafate drinken we twee koffie
met een plak koek: $ 20 (!) dus daar zijn we ook weer snel van genezen.
We vrezen dat we veel in dorms zullen
moeten slapen, dat is het allergoedkoopste, lekker met zijn veertienen
in stapelbedden. Waarbij de laatsten om 2 uur dronken hun nest in stappen
en de eersten 's morgens om 6.30 uur al zakjesritselend hun rugzak beginnen
te reorganiseren.
Maar het zal allemaal reuze mee
vallen.
We gaan met het vliegtuig naar Buenos
Aires. Ook zo verbazingwekkend: als je vraagt of je morgen kunt vliegen
is het antwoord nee. Dat kan pas over drie dagen, vanaf Rio Gallegos. Ok,
prima. Gaan we naar Rio Gallegos.
Als we daar aankomen, sprint ik
uit de bus (die toevallig eerst langs het vliegveld komt) en ren ik naar
het loket van de vliegmaatschappij. En ja hoor, over een uur vertrekt een
vliegtuig waar nog genoeg plaats is.
Dat hebben we ook wel geleerd op
zo'n reis. Nooit voetstoots aannemen wat bureautjes en experts roepen.
Er is altijd veel meer mogelijk dan in eerste instantie lijkt.
Enfin, twee uur later zitten we
dus in Buenos Aires waar we tegen een volgende mazzel oplopen.
Het hostel (Jildou en Sander, nog
enorm bedankt voor de tip!) heeft geen 2-persoonskamers meer, maar ze weet
nog wel een appartementje in de stad!
En dus huren we (voor een belachelijk
lage prijs, ook nog) twee weken een appartement in het centrum van Buenos
Aires (en een keurige buurt, met hondenuitlaatservices en boodschappendiensten
aan huis). Heerlijk! Ons eigen stekkie, met een slaapkamertje, een woonkamertje
en nog veel meer -tje maar dat mag de pret niet drukken. Het is ons 'home
away from home', wat wens je je nog meer tijdens de feestdagen?
We hangen het hok vol slingers,
lampjes, wierook en kerstmannen.
Buenos Aires is een levendige en
boeiende stad.
Mannen drinken hun mate.
Dat hebben wij dus ook eens geprobeerd. Geen succes.
Ze hebben een beker met een bobilla.
Een bobilla is letterlijk een rietje, maar deze variant is van metaal met
een soort vergietje annex vijzel onderaan. Daar stampen ze tabak mee fijn
in heet water en zuigen vervolgens het vocht naar binnen. Het smaakte alsof
je in plaats van thee ouwe sigarettenpeuken in een theezakje in je kopje
hebt hangen. Je begrijpt waarom we het geen succes vonden.
We doen een hoop in Buenos Aires,
maar het meeste mislukt of gaat om een of andere reden niet goed.
Het 'Museo de la Ciudad' heeft een
onduidelijke expositie over de Italiaanse invloed in Buenos Aires, maar
veel meer dan poesie albums en familiekiekjes zijn er niet te zien.
In het Archivo General schijnt een
film over het leven van Evita Peron te zien. Evita is nogal beroemd in
het westen, maar in Argentinië zelf is ze behoorlijk omstreden. Je
ziet ook nergens Evita Peronpleinen bijvoorbeeld.
Maar blijkbaar is deze video extreem
geheim materiaal, want wij moeten ons paspoort bij de ingang van het Archivo
afgeven. Dat hebben we dus niet bij ons - als voorzorg in geval van een
eventuele overval of andere onheuse bejegening.
Maar geen nood, een paar dagen later
moeten we toch nog een keer in de buurt zijn, dus sjouwen we ons paspoort
mee. Helaas, de video wordt tussen 15 december en 22 januari niet vertoond.
Dat is fijn, zeker gezien het feit dat de eerste keer 15 december was en
de mevrouw ons toen niets vertelde.
Bloed onder je nagels. Bureaucratisme
en incompetentie, een tenenkrommende, of liever gezegd vuistenballende
combinatie. Maar daarover later meer.
Op zondag gaan we naar San Telmo.
Er is daar een antiekmarkt, voor wat het waard is. Ik heb nog even met
'Pietje Bell's goocheltoeren' in mijn handen gestaan, maar die kostte $
50! Wat wél de moeite waard was, waren de openlucht tangodansers.
Eerst de oudjes die stijf en stram maar wel in vol ornaat en met serieuze
blikken elkaar over de mat duwen.
Maar daarna is het podium vrij voor
de tangokunstenaars, ik kan ze bijna geen dansers noemen. Ongelooflijk,
wat een passie, wat een atletisch vermogen. De tango in Nederland lijkt
meer op sumoworstelen dan op wat hier ten beste wordt gegeven. We kijken
onze ogen uit.
De taxichauffeur die ons terugbrengt,
probeert ons op te lichten door razendsnel het briefje van $50 wat wij
hem geven om te wisselen in een briefje van $5 en vervolgens te zeggen
dat we hem te weinig betaald hadden. Een bekende truc, mocht je ooit in
Bs As komen.
Ook dat is iets om ontzettend agressief
van te worden. Sommigen denken dat je toeristen of reizigers maar van alles
kunt beroven. En ik weet het: ze denken dat we schathemelrijk zijn, maar
dat geeft hen nog geen recht om te jatten. Alsof wij niet keihard werken
voor ons geld.
En ondertussen wel schijnheilig
met een Mariabeeldje aan de binnenspiegel rijden. Bah!
Op de Plaza de Mayo lopen de Dwaze
Moeders (Moeders Van De Verdwenenen) nog steeds hun wekelijkse rondjes.
Weliswaar zijn ze nu Dwaze Oma´s maar het is zeer indrukwekkend.
De foto's van hun verdwenen kinderen hebben ze op hun borst gespeld. Ze
hebben allen een witte hoofddoek om en dragen een enorm spandoek waarop
staat dat ze nog steeds het onrecht bestrijden.
Tienduizenden jongeren verdwenen
tijdens de 'vuile oorlog' in de zeventiger jaren. Gevreesd wordt dat de
meesten nooit meer gevonden zullen worden omdat ze simpelweg vanuit vliegtuigen
in de Atlantische Oceaan gedropt zijn, dood of levend.
Mocht je meer over de Moeders van
de Verdwenen Kinderen willen weten, ze hebben een website: https://www.madres.org
De Boca Juniors worden kampioen van
de eerste helft van de competitie. Het was erg spannend, Buenos Aires heeft
drie 'eredivisieclubs' en alledrie hadden ze nog kans op het kampioenschap
dus het 'zinderde' in de stad. In eerste instantie wilde ik (Arno) ook
gaan, maar de dag van te voren stond de tv bol van supportersrellen, dus
toen ben ik maar in een cafeetje gaan zitten waar een hele bult Boca Juniors
naar de live wedstrijd op een groot scherm zaten te kijken. Ze wonnen met
1-0 (goooooooooooooooooooooooooooooooollllll!!!!) en dat was voldoende
voor het kampioenschap. De rest van de dag, avond en nacht was gevuld met
toeterende auto's en vuurwerk.
We maken 'even' de oversteek naar
Uruguay. Dat ligt even ver van Bs As als Terschelling van Harlingen en
het is er lekker relaxed. We gingen naar een klein stadje, Colonia. Een
soort Heusden of Naarden-vesting. Een beetje 'tacky' maar wel lekker
eten en ideaal om bij te komen van de heksenketel in Buenos Aires.
Het is in Uruguay dat ik op CNN
Espanol zie dat er rellen in Den Bosch zijn. Bij het onderdeel sport, 10
seconden, ME-ers die bekogeld worden met vuurwerk. Het Spaans van de reporter
is muy rapido dus ik heb geen idee waar het over gaat, maar ik vrees
dat die rellen in de buurt van het stadion (= in de buurt van ons huis)
moeten zijn.
Zaterdag voor kerst gaan we naar
'De notekraker' in het Theatro Colon, mooi ballet en schitterend theater.
We voelden ons helemaal in ons element met onze bergschoenen en vale katoenen
broeken tussen de overige bezoekers!
Kerst vieren we dus in Buenos Aires.
Dick is er inmiddels ook en we eten bij een restaurant waar ze ook een
show hebben.
De show bestaat uit 1 zanger, 1
gitarist en een iets te mollige Kerstvrouw die wat ongecoördineerd
heen en weer beweegt in wat een wulpse dans moet zijn. Haar met kerstglitters
bepoederde borsten puilen uit het te strakke kerstpakje.
Het eten is niet om over naar huis
te schrijven, dus dat doe ik ook maar niet.
Maar wat maakt het uit? De wijn
is heerlijk en we hebben een ongelooflijke lol. We dansen met onze houterige
Hollandse lijven tussen de soepele salsa-en-merengue jongens en meisjes.
Wat bezoeken we nog meer in Buenos
Aires? De kleurige wijk La Boca - een gewone arbeiderswijk waar 1 straat
kleurig geschilderd is. Deze straat is inmiddels volledig overgenomen door
de toeristensector en de overige straten zijn een no go zone voor
toeristen vanwege berovingen e.d. Typisch.
Verder bezoeken we het kerkhof La
Recoleta, waar onder andere Evita Peron ligt. Het kerkhof lijkt meer op
een stad. Straten, pleinen, enorme hoge graven (de meeste zijn familiegraven).
Helaas hebben we hier nog geen foto's van ingescand, dat komt nog.
Direct na Kerst gaan we met de bus
naar San Ignacio in het noorden. Dertien uur, maar de stoelen zijn zeer
luxe en worden cama genoemd. Dat is wat overdreven (cama betekent
bed) maar ik heb bijna voldoende beenruimte.
In San Ignacio zijn Jezuïeten-ruïnes
(ruïnes van gebouwen welke Jezuïeten ooit hebben gebouwd) en
het is leuk om te zien, maar er is niet zo heel veel meer te zien. Indrukwekkendst
is nog het museum waar je wat gebruiksvoorwerpen kunt zien zodat je een
beeld krijgt van het leven in die tijd). De Jezuïeten waren - voor
katholieken - vredelievend en probeerden de arme heidense indianen door
(religieuze) opvoeding een beter leven te geven. Helaas waren hun pogingen
niet zo succesvol en werden ze keer op keer verjaagd.
De film The
Mission met Robert de Niro en Jeremy Irons gaat over deze tijd.
Een dag later - het is broeierig
heet inmiddels - gaan we naar Iguacu, één van de belangrijkste
attracties van Argentinië en wellicht van Zuid Amerika: de watervallen
van Iguacu.
Superlatieven schieten tekort, hoewel
de watervallen noch de hoogste ter wereld, noch de breedste, noch het meeste
water verplaatsen maar al met al is het zeker de moeite waard.
Over een lengte van vier kilometer
valt bijna twee miljoen liter water per seconde naar beneden, de
vallen worden door twintig rivieren gevoed.
Het mooiste is de Duivelskeel, waar
het water in een enorme kom lijkt te storten. Een brug loopt er naar toe
en je komt vlakbij, als je op het platform staat krijg je een enorme warme
douche over je heen.
Onze 'mission' komt een dag later
als we naar Paraguay willen gaan.
Er is een directe bus, die een stukje
over Brazilië rijdt (paar kilometer).
Bij de grens tussen Argentinië
en Brazilië stapt een beminnelijke douane beambte de bus binnen die
onze paspoorten bekijkt, glimlacht en ons een prettige reis wenst.
Bij de grens tussen Brazilië
en Paraguay blijkt dat hij ons een exitstempel had moeten geven. Of de
Paraguyaanse douane wilde een fooi, dat kan ook. In elk geval, we mochten
er niet in ondanks onze smeekbeden. Terug naar de Argentijnse grens zou
ons zeker twee uur extra kosten (er rijden niet elke vijf minuten bussen
en taxi's mogen bijvoorbeeld niet door niemandsland).
Enfin, van ons hoefde het al niet
meer dus zijn we terug Argentinië in gegaan. En dus wéér
door Brazilië, we hebben nu bijna geen ruimte voor stempels meer in
onze paspoorten!
Oud en Nieuw hebben we dus - onverwachts
- weer in Buenos Aires gevierd en op Nieuwjaarsdag (01-01-01 moesten we
op het papiertje in het vliegtuig invullen) zijn we naar Quito, Ecuador
gevlogen waar we nu zijn.
De vlucht was nogal heftig door
de turbulentie. Bovendien vertrok het vliegtuig een uur te laat omdat er
op het laatste moment nog een onderdeel vervangen moest worden. Meestal
houd ik niet zo van klappen als het vliegtuig landt ('big deal, die man
doet toch gewoon zijn werk?') maar deze keer was ik bereid tot een staande
ovatie en om de piloot in triomf rond het vliegtuig te dragen, zo blij
was ik dat we veilig geland waren.
Ha, Ecuador = Ecuator = Evenaar denk
je dan. Maar het is hier net 20 graden, dus niet veel warmer dan in Nederland.
Onze plannen zijn niet zo specifiek.
We willen in elk geval naar 1 van onze drie hoogtepunten (naast Patagonië
en de Amazone): de Galapagos eilanden, die nadat Charles Darwin er in de
negentiende eeuw was direct tot nationaal park benoemd werden en waar de
dieren - omdat er nog nooit op hen gejaagd is - totaal niet mensenschuw
zijn en je dus zo tussen de schildpadden, pinguins en leguanen rondlopen.
Verder zijn er veel diersoorten die alleen daar voorkomen (met name zijn
we nogal benieuwd naar de blue footed boobies).
Verder willen we nog duiken en/of
snorkelen en gaan we in elk geval nog een weekje 'uithangen' aan de kust.
Arno de Vries en Ina Jonkers,
Quito, Ecuador, 2 januari 2001 |